Reisverslag van dag tot dag: Thailand Bangkok, Kanchanaburi, Ayutthaya, Sukhothai, Chang-Mai, Chang Mai/Bangkok, Koh-Samet
Bangkok is een stad met meer dan 12 miljoen inwoners en een omvang als de provincie Overijssel. Een stad waar vele shoppingmalls zijn en een overdosis aan hotels, van goedkoop tot duur. Bangkok is een stad waar je weken in zou kunnen dwalen een stad waar rijke en low budget toeristen komen. Khao San is de low budget straat bij uitstek. Wij kijken in de vele zeer goedkope restaurantjes naar de video films. De rijkere toeristen vermaken zich in de buurt van Silom road waar de duurdere winkels zijn en de betere hotels. Ook valt het op dat er in Bangkok vele Mc. Donnalds en KFC ´s zijn. We slapen bijna
het klokje rond. Desondanks heeft Janneke nog steeds een beetje koorts. Fit is
ze nog lang niet. Maar er moeten toch dingen geregeld worden. Ons eerste doel is
het kantoor van Cathai Pacific. We willen de vlucht naar Singapore verzetten.
Dit gaat
Dag 117 Bangkok We gaan samen met de "longtail" boot naar het postkantoor, er zou een pakje moeten liggen van een vriendin van Janneke. Het pakje dat ze gestuurd heeft als sinterklaas/kerst cadeautje is er nog niet. We hebben bij wel 4 verschillende letters gezocht, maar konden niks vinden. De man achter de balie bleef geduldig. We gaan weer per rua hang yao (=boot) terug. De boten varen met een redelijke snelheid en zijn zeer wendbaar, wat in de drukke kanalen zeker geen luxe is. Janneke gaat al weer moe even het bed in. Later op de middag doen we nog wat boodschappen en eten wat in een eethuisje op de Khaosan road. We kijken nog even naar een film die beneden in ons guesthouse draait. Dan zoeken we ons bed weer op. Dag 118 Bangkok We gaan naar een shopping mall bij het world trade center. Dit is niks. We lopen terug naar het MBK Mahboonkrong gebouw. Dit is de grootste winkel van Bangkok. Op de vier verdiepingen is van alles te koop. Janneke wil wel naar de kapper. Het knippen is hier vrij duur 400 Bath. Als we op de bovenste verdieping komen zien we dat hier een nieuwe film van James Bond draait die we nog niet hebben gezien. Die another day. We kopen een kaartje voor 100 bath. De stoelen zijn enorm luxe, een en al pluche. Als we binnen zitten en de reclames zijn geweest, wordt op het scherm een portret van koning Bumibol geprojecteerd en klinkt het volkslied. Alle mensen in de zaal gaan staan. We gaan stomverbaasd ook maar staan. Alle Thaien kijken er zeer ernstig bij. We vragen ons net af of we wel in de juiste zaal zijn terechtgekomen. Er zijn namelijk 5 verschillende zalen. Maar dan begint de film gelukkig. We vinden hem leuk. Alleen hebben we het steenkoud, de airco draait ook hier weer op volle toeren. Het is een luxe om het koud te hebben. Als we ´s avonds gaan eten komen we het Nederlandse stel dat met ons op de boot door de Mekong delta had gezeten, weer tegen. We schuiven gezellig aan en hebben elkaar heel wat te vertellen. Het is 12 uur voor dat we er erg in hebben. Dag 119 Bangkok
We gaan naar de zondagmarkt. De
Chatuchak, deze ligt aan de noordkant van Bangkok,
bij het busstation. Het is nog een
heel eind met de bus. De markt trekt veel op koopjes beluste Thaien. Het is er
dan ook smoordruk. Er is van alles te koop. Janneke krijgt het wat benauwd in de
drukte. We nemen de bus naar het treinstation. Gisteravond hebben we gehoord dat
er een leuke excursie naar Kanchanaburi is met de trein. Hier horen we dat de
bedoelde excursie alleen op zaterdag en zondag is. Dat gaat dus niet door. We
willen terug, richting de Khaosan road met de boot. We hebben moeite om een pier
te vinden. We lopen een stukje door China town. Deze wijk heeft een nogal onguur
verleden. Wat als een handelswijk begon, werd al snel een wijk van vermaak. In
de steegjes kwamen opiumkitten en huizen met groene lantaarns. Deze laatste
kleur wordt bij ons met rood licht aangegeven. Het is er tegenwoordig weer vrij
rustig. Na wat omzwervingen en vragen vinden we een pier.
Janneke gaat nog even naar een lokale kapper voor 80 bath. Hiervoor kun je natuurlijk ook niet veel verwachten. De kapster had er duidelijk niet veel zin in. De pony knip ik zelf nog maar even bij. Op de Khaosan road is het nu de hoogste tijd voor een lekkere bananenpannenkoek. Vermoeit kruipen we ons bed in. Morgen moeten we vroeg opstaan. Maar dat doen we met alle plezier. Eindelijk zullen we de kinderen weer zien! Dag 120 Bangkok
Dag 121 Bangkok We vertrekken de volgende dag om 7 uur met de bus naar de floating market Damnern Saduak. Het is hier erg toeristisch geworden, maar toch ook wel kleurrijk. Er varen bootjes vol toeristen tussen de handelende boten door. We kopen kokosnoten en wat fruit. We vinden het nog steeds de moeite waard. De kinderen kijken hun ogen uit. Op de terug weg doen we een fabriekje aan waar ze zeer kunstzinnig houtsnijwerk verkopen. Soms lijkt het wel driedimensionaal. De plooien in de olifantenhuid zie je zelfs zitten. Ook de vogeltjes in de bomen zijn heel erg mooi gemaakt.
De monniken staan om 05.00 u op en gaan zich wassen. Om 06.00 uur lopen ze op blote voeten, maar met een trommel (de bedelnap) de straat op om bij de bewoners van stad of dorp het eten op te halen, De dorpsbewoners weten wanneer ze langskomen en staan vaak klaar met voedsel wat in de trommel wordt gedeponeerd. De monniken murmelen een soort gebed en gaan naar de volgende toe. Om 08.00 u zijn de monniken weer terug in de tempel. Ze eten om 11.00 uur. Na 12.00 uur eten de monniken niet meer tot de volgende ochtend. ´s Middags mediteren de meeste monniken of studeren de Boeddha leer. De jonge boeddhisten krijgen les van de oudere monniken en alles over het hoe en wat wordt geleerd.
In de Wat Pho ligt de 46m lange rustende boeddha met de 5,5 m hoge parelmoer ingelegde voeten. Dit zijn de patronen die de 108 tekenen uitbeelden waaraan men Boeddha kan herkennen. Het beeld is verder helemaal bedekt met bladgoud. Onze zoon en schoondochter hebben het nu wel gehad en gaan in een tuktuk terug. Onze dochter loopt nog met ons mee om de zonsondergang bij de wat Arun te bekijken. Op de terugweg zien we in een park wel 100 mensen staan te aerobicen. Het is erg leuk. Een stevige Thaise dame staat op een podiumpje alles voor te doen. We krijgen zin om mee te doen. Maar omdat we allebei nodig moeten plassen lopen we maar door. 's Avonds gaan we gezellig met zijn allen eten in het MBK gebouw.
In Ayutthaya stappen we in het centrum uit. We prikken een guesthouse uit de lonely planet en dit blijkt heel goed uit te pakken. Het is net nieuw en we hebben mooie kamers. Een twee en een drie persoons kamer. Vooral de laatste is erg luxe. Er staat zelfs een bankstel in. We gaan meteen fietsen huren en een noodle soepje eten. Eerst fietsen we een stuk over de snelweg. Het geeft niet zo´n veilig gevoel. Maar ook dit keer gaat alles goed. We bekijken de Wat Phanan Choeng. Hierin wordt een enorm beeld van de zittende boeddha bewaard. Het hoofd komt bijna tegen het plafond aan, zodat het lijkt of het plafond op de boeddha rust. We bekijken nog de wat Raj Burana. Het is erg warm en onderweg naar de wat Chai Wattanaram zie we een cafeetje aan het water. We gaan hier lekker even uitpuffen en zien het late middag licht de witte toren aan de overkant van het water mooi verkleuren. We fietsen er niet meer naar toe. Aan het eind van de middag als we terugfietsen, merken we pas hoever we hebben gefietst. In het guesthouse hier kunnen ze een guesthouse voor ons boeken in Sukothai. De eigenaar is een Belg. Hij zal ons van het busstation ophalen. Dat lijkt ons wel wat. ´s Avonds gaan we met een pick-up naar de wat Phra Sri Sampet. Deze is schitterend verlicht. De drie chedi´s (torens) stralen te midden van de ruïnes. Het geeft een heel aparte sfeer. We blijven hier wat rondhangen.
Dag 125 Sukhotai. Na een lekker ontbijtje gaan we met een pick-up naar de oude stad die 14 km verder op ligt. Hier gaan we fietsen huren om het historische park te bekijken. Vandaag is het nationale kinderdag, de school waar we langs rijden heeft een uitvoering van oude Thaise dansen. We kijken even mee. De 12 oude tempels worden allemaal door ons bekeken. De een is nog mooier dan de ander. We brengen hier wel een paar uur door. De rest van de middag brengen we luierend met een lekker shake door. We gaan met 2 tuk tuks naar het busstation. Het is nog een beetje koud. Hier stappen we op de bus naar Chang Mai. De bus stopt geregeld en raakt overvol. de bankjes zijn aan de ene kant voor 3 personen en aan de andere kant voor 2 personen. Wij kunnen samen net op de 3 persoonsbankjes zitten. Zo´n lokale bus is duidelijk niet voor westerlingen gemaakt. De bus doet er 5 uren over. Dan staan we in de stad die de roos van het noorden wordt genoemd. We nemen een taxi naar het guesthouse. Hier in Chang Mai gaan de kinderen een trekking doen in de jungle en pa en ma gaan de rest van de reis regelen. We willen naar het foodcenter dat we ons van de vorige keer nog herinneren. Maar de eerste afslag nemen we verkeerd en komen in de rode lichtjes buurt terecht. Maar na wat vragen komen we op het centrum. Hier zitten nu bijna alleen maar toeristen. Maar het eten smaakt heerlijk. We hebben op de nachtmarkt even flink geshopped. De fake merken doen het hier goed. Bert schaft zich een echte kopie Tag Huer horloge aan. Ook de shirts worden gretig gekocht. Dag 127 Chang Mai
Dag 128 Chang Mai Wij worden om 8.00 uur opgehaald door een minibusje. De eerste stop is bij een orchideeën kwekerij. De vlindertuin die hierbij is, is niets bijzonders. Het is nu weer een rit door een schitterend landschap. We vervelen ons geen minuut. In enkele, bijna onvindbare valleien, liggen ook de akkers waar de verboden papavers worden verbouwd. Dit is al 30 jaar verboden in Thailand, maar het is moeilijk te controleren in dit woeste berggebied. De bergstammen leiden nog steeds een exotisch bestaan en maken nog niet echt deel uit van de Thaise samenleving. We hebben ze ook gezien op de Kao San road in Bangkok om hun handelswaar te verkopen. De longnecks leven nu in Thailand, het zijn semi nomaden. Ze vinden het hier prettiger dan in Birma. Maar ze hebben geen verblijfsvergunning en kunnen hier dus niet werken. De Thaien noemen ze mountainpeople. Elke tribe heeft zijn eigen kleding, taal en geloof. Ook worden de animistische gebruiken, gebaseerd op het geloof in geesten, in ere gehouden. De meeste stammen zijn de afgelopen honderd jaar vanuit China en Tibet via Laos en Birma naar Thailand gekomen. Er staan aan het begin van het dorp Akha vrouwen. Ze hebben de zelfde kenmerkende hoeden/mutsen met bellen als de groep die we in China hebben gezien. We denken zelfs dat het mutsje dat we daar gekocht hebben, hetzelfde is. Deze vrouwen zijn veel opdringeriger. Maar de gids vertelt dat deze vrouwen geen geld krijgen van de toeristische organisaties in Thailand. Het zijn hier de meest primitieve groepen. Ze weigeren te integreren in de Thaise samenleving. Ik koop een opium weegschaaltje.
De bus rijdt verder naar een Hmong of Meo dorp. De mensen zien er hier ontzettend vies uit. Ook deze komen oorspronkelijk uit China. Na de Akha´s zijn ze de grootste groep van de minderheden. Er zijn veel Hmong dorpen rondom Chang Mai. Het lijkt erg arm. Maar volgens de gids is dit niet zo. We hebben een paar Brazilianen in de groep die uit Sao Paulo komen. Deze mensen zeggen dat ze dit thuis ook om de hoek hebben en het daar zo veel mogelijk vermijden. De kinderen en vooral de jongetjes, lopen met vechthanen onder de arm en gooien er mee. Onderweg bekijken we nog een grot waar allemaal boeddha´s in de rotsen zijn uitgehouwen. We beginnen aan de lange rit terug. Dag 129 Chang Mai Het is nu zo langzamerhand weer tijd voor een massage. We laten ons op een Thaise manier masseren. Bert was eerst een beetje bang dat ze te ruig zouden zijn met zijn rug. Maar dat viel erg mee. De masseur wist precies hoe ver hij kon gaan. De plaatjes zien er altijd wat vervaarlijk uit, maar het is erg lekker. Om 5 uur lopen we terug naar het guesthouse. De kinderen komen er toevallig tegelijkertijd ook aan. Ze zijn erg moe. Fabian is in het water gevallen en is snipverkouden geworden. We eten met elkaar. De kinderen gaan na onze verhalen zich ook lekker de lijven laten masseren. Chang Mai wordt vaak aangeprezen als een heerlijk toevluchtsoord waar men in het hete seizoen kon ontsnappen aan de vochtige hitte van Bangkok. De stad ligt 350 m hoog. Het feit dat de stad zo geïsoleerd lag, zorgde er voor dat men zich lange tijd kon onttrekken aan de bestuurlijke overheersing van Bangkok. In dit isolement ontwikkelde zich een andere soort beschaving. De tempels werden van hout gebouwd. De half nomadische volken in de noordelijke bergen droegen hier ook aan bij. We gaan naar de Doi Suthep. Deze heuvel, 16 km van Chang Mai, domineert het stadsbeeld. Op de punt van de berg, op 1900 m hoogte, staat als een kroon de wat Prahtat. Deze plaats werd door een olifant gekozen. Hij werd losgelaten met een relikwie van boeddha op zijn rug. Waar de olifant zou stoppen, moest de tempel worden gebouwd. Het dier beklom de Doi Suthep, liet een trompet geschal horen en ging liggen. Op die plek werd de tempel gebouwd. We rijden de 12 km lange slingerweg naar boven in een rood pick-upbusje. We passeren een dierentuin en gaan dan vrij steil omhoog. De weg komt uit op een parkeerterrein waar de souvenir tentjes staan. De 290 treden tellende trap naar de tempel heeft aanweerszijden balustrades waarom een zevenkoppige naga slingert. Maar wij nemen als echte kapitalisten de lift. Vanaf het tempelterras is het nog een paar treden omhoog naar de binnenplaats van de tempel. We zien de enorme met goud bedekte chedi, die gedeeltelijk aan het oog wordt onttrokken door hoge vergulde parasols. Rondom de chedi is een ijzeren hek waarvan de punten bekroond zijn met biddende engelen. Omdat het een beetje mistig is kunnen we niet over Chang Mai uitkijken. Maar we hebben genoeg aan de schitterende tempel. Regelmatig gaan de Thaien naar de tempel en brengen met een lotus bloem, een kaarsje en 3 wierookstokjes en een stukje vliesdun echt bladgoed een donatie aan de tempel. De kaars en wierook worden aangestoken, de wierook in een pot met zand gezet. De lotus bloem komt in een vaas en het stukje bladgoud op een bronzen beeld geplakt. Maar eens in de twee a drie maanden brengen de omwonende mensen een geld bedrag naar de tempel. Op een afgesproken dag gaan de mensen in een lange rij met veel tam tam en gedans op weg naar de Tempel. Ze lopen dan eerst 3 rondjes om de tempel en dan naar binnen en het bedrag word aan de hoofdmonnik overhandigd die dan op zijn beurt een lange toespraak houd en na een uur gaan de mensen weer richting huis. En zo doneert iedere wijk in de steden in Thailand zijn eigen tempel in de buurt waar hij/zij woont. Grote Tempels waarvan er in Thailand meer dan 3000 staan, worden financieel goed onderhouden door de bevolking uit de streek. Dit gaat meestal gepaard met een soort tempel feest van twee dagen. Dit valt meestal in het weekend, groots opgezet en met spelletjes voor de kinderen. De opbrengst van dit festijn is voor de tempel. ´s Middags gaan wij een paar tempels binnen de oude stadsmuren bekijken. De kinderen hebben de trekking nog in de benen en willen wat rustig aan doen en wat souvenirs kopen. We beginnen bij de Wat Phra Singh aan het einde van de hoofdstraat. Door zijn dikke muren is het hier te midden van het verkeerslawaai een oase van rust. Er zijn veel gebouwen met ingewikkeld houtsnijwerk hier. Een paar hiervan zijn versierd met gouden bloemen. De Wat Chedi Luang, die om de hoek staat, is altijd in verband gebracht met rampspoed. Men vertelt dat koning Mengrai hier door de bliksem gedood is. In 1545 stortte de 86 m hoge chedi in, tijdens een aardbeving, waardoor hij nu nog slechts 46 m hoog is. Vlakbij de tempel staat een oude gomboom. De legende wil dat als de boom sterft de stad ten onder zal gaan. Men heeft als tegenwicht hier een grenssteen, waarin de stadsgeest huist neergelegd. Hiernaast staat de Wat Pan Tao, de ingang is versierd met een schitterende Lanna-Pauw en 22 vergulde naga´s. Mysterieuze wezens met een slangenlichaam. Het is de meest vereerde tempel. Hier bevindt zich de universiteit van de monniken. We hebben geen zin meer om terug te lopen en nemen een tuk-tuk naar het guesthouse. De chauffeurs hebben plezier met elkaar en willen ons graag in de tuktuk op de foto zetten. We eten nog wat en dan is het zo maar de hoogste tijd om naar het station te gaan. Om 9 uur ´s avonds stappen we in de nachttrein naar Bangkok. De trein zit vol toeristen. We vinden snel onze bedden. Het is meteen liggen geblazen. Ook hier in de trein veel telefoons die afgaan. Ook zitten er mensen tot diep in de nacht te praten en te lachen. Maar met de oordoppen heb ik er geen last van. Bert kan niet echt goed slapen. Dag 131 Bangkok We komen om 12
uur aan. Het is toch een redelijk comfortabele manier van reizen. Als echte
low-budget reizigers wachten we op de bus. Maar als het echt lang duurt, staan
we net op het punt om een taxi aan te houden, als de bus er aan komt. We stappen
ook nog een halte te vroeg uit. Wij lopen met de lichtere rugzakken van de
kinderen naar het guesthouse en zij gaan met onze zware rugzakken in een taxi
verder. We vragen bij Sawasdee om een kamer. Hoewel ze gisteren per telefoon
zeiden dat ze de hele week vol zaten, hebben ze nu wel 3 kamers. Wij gaan bij
Dio tours een busje boeken naar Koh Samet. ´s Avonds gaan we op weg naar het
"red light district" of te wel Patpong road. Maar de eerste stop is bij het
Hardrock cafe.
Om 8 uur zal het busje moeten komen. Maar al wat we voorbij zien rijden geen busje voor ons. Om 9 uur nog steeds niets. Men is ons vergeten. Dat is balen. Men put zich op het kantoor uit in duizend verontschuldigingen, maar de bus was “ broken” ja ja. We gaan met de middag bus van 3 uur maar mee. Zo rijden we 7 uren later dan de bedoeling was, naar Ban Phe. We balen wel. We zijn bang dat we nu geen onderdak meer kunnen krijgen. Maar in Ban Phe , bij het kantoortje van ST travel kunnen we met veel moeite nog een 5 persoonskamer krijgen. Dit grapje kost wel even 1900 bath. Eigenlijk te gek voor woorden, maar we hebben geen keus. We doen het voor 1 nacht, dan zien we morgen wel verder. Nu moeten we in het donker via 3 andere boten op de boot naar Koh Samet stappen. Onderweg komen we tot de ontdekking dat onze schoondochter haar nieuwe cd-speler in het busje heeft laten liggen. Dat is stevig balen voor hen. Als we op het eiland komen staan er geen trouts te wachten, alleen een paar chagrijnige taxi chauffeurs. Men wil ons bij een pick-up truck hebben die al bijna vol zit. Daar kunnen we met ons vijven niet bij in vinden wij. Dan moet er meer betaald worden. We zijn het nu echt zat. Het eiland zelf is een nationaal park. We moeten dus ook nog 200 bath entree betalen. Als de truck stopt na een rit over een hobbelige zandweg, moeten we eerst nog een stuk over het strand lopen. De teleurstelling is groot als we het hok zien, waar we voor veel geld moeten slapen. Tot overmaat van ramp raakt onze dochter aan de diarree. We zijn niet echt vrolijk. We drinken wat op een terras en het uitzicht over de baai is wel erg mooi. Bert is een beetje van streek. Hij wil het zo graag leuk hebben voor de kinderen. Erg moe gaan we slapen. ´s Nachts worden we nog een keer wakker gemaakt door een dronken Chris, die denkt dat ons hok zijn onderkomen is. Dag 133 Koh Samet
Dag 134 Koh Samet We hebben vannacht helemaal geen last van het lawaai gehad en zijn erg blij dat alles toch nog op zijn pootjes terecht is gekomen. De kinderen vinden het hier ook geweldig. We nemen een strandstoel, lezen wat, zwemmen wat en zijn lekker lui. Dit houden we de rest van de week wel vol zo. Er komt iedere dag een mannetje met allemaal fruit langs, hij verkoopt z´n waar al zingend en we kunnen het dan ook niet laten om elke dag een portie heerlijke verse ananas te kopen. We moeten weer even terug denken aan onze fruitmeisjes op het strand van Cambodja. Dag 135 Koh Samet
De dagen brengen we heerlijk
luierend door. De zon schijnt uitbundig, voor sommige blanke velletjes misschien
iets te uitbundig. Maar er wordt druk gesmeerd. Factor 20 is niets te veel hier.
Mijn badpak is nu tot op de draad versleten. Maar hier zijn natuurlijk alleen
van die kleine maatjes te krijgen. Als Judith en ik op zoek gaan, vinden de
verkoopsters de soap serie op de tv belangrijker dan de potentiële klant.
Uiteindelijk vind ik een zeer bloemig badpak. Mooi is anders, maar ik zal het er
mee moeten doen. We komen mensen tegen die bij ons op de boot gezeten hebben.
Zij hebben de eerste nacht niet veel beter door gebracht. Zij mochten het park
niet in omdat alles vol zat. Men wil hier geen strandslapers hebben.
Dag 136 Koh Samet Ook vandaag zijn we lui. ´s Avonds zien we een show van jongens die met stokken, die op beide uiteinden in brand staan, dansen en zwaaien. Ook wordt er met touwtjes, waar aan de uiteinden brandende bollen zitten, gedraaid. Erg leuk om onder het genot van een glaasje wijn en een biertje naar te kijken. Dag 137 Koh Samet
We gaan snorkelen vandaag. Om
11.30 stappen we op een speedboot. Na een half uurtje varen kunnen we even
snorkelen. Het moet wel even wennen, het is al weer enkele jaren geleden dat we
voor het laatst hadden gesnorkeld. Na een half uurtje snorkelen worden we op een
eilandje afgezet. Hier staat een heerlijke lunch klaar. Na de luch gaan we met
z´n allen weer het water in. We snorkelen tot we het koud krijgen. We laten ons
door de warme zon opwarmen en gaan dan voor een tweede keer. We zien veel mooi
koraal, maar niet erg veel kleuren. Om 3.00 uur komt de speedboot ons weer
ophalen en zet ons weer af op Koh Samet. ´s Avonds lopen we naar de andere kant
van het eiland om de zon onder te zien gaan. Het is een stoffige weg. Aan de
andere kant van het eiland staat een chic hotel. We nemen een paar foto´s in het
schitterende licht.
Dag 138 Koh Samet Onze laatste dag op het eiland. We liggen wat op het strand. ´s Avonds eten we weer zalmmoten van de barbecue. We zijn het erover eens dat de weken voorbij zijn gevlogen. Gelukkig heeft iedereen het naar zijn zin gehad. We zitten tot middernacht op het strand. Dag 139 Koh Samet-Bangkok We zijn wat te vroeg voor het ontbijt, maar het lukt toch om iets te krijgen. We rijden met de pick-up weer terug naar de haven. Hier is het onduidelijk welke boot voor ons is. Eindelijk komt er een soort vrachtboot van ST travel. De mensen die fruit op het strand verkopen komen met deze boot naar het eiland, we nemen nog even afscheid van onze fruitman. We komen wat te laat in Ban Phe voor de bus. Bert springt van de boot en rent al vast naar de bus om te melden dat we eraan komen. De bagage gaat op het dak en rijden maar weer. Om 2.00 uur zijn we weer terug in Bangkok. Onze zoon gaat het pak passen dat hij heeft laten maken, het staat hem erg goed. De laatste souvenirs worden gekocht. We gaan voor de laatste keer samen eten. Veel te snel is het 11.00 uur en tijd om naar de luchthaven te gaan. Als er is ingecheckte nemen we afscheid. Samen gaan we terug in een taxi. We voelen ons een beetje raar. We hebben het erg leuk gehad. Wij vonden het ook wel een beetje spannend. Alles moest natuurlijk ook goed verlopen. Dag 140 Bangkok We slapen een beetje uit. Omdat we ons wat alleen voelen gaan we iets doen. Schoentjes met piepjes kopen voor het dochtertje van een vriendin. We vragen bij de receptie om het in het Thais op te schrijven. Ze stuurt ons naar het MKB center, hier vinden hier een Bata winkel, die keus heeft uit 3 modellen. We kopen een paar sandaaltjes die we meteen versturen per EMS. Het versturen is duurder dan de schoentjes. Bert koopt hier een mes, we vinden toevallig het mes dat hij zoekt. Het blijkt dat je hier ook nog moet afdingen. De verkoper overlegt telefonisch met zijn baas over de prijs. Maar we krijgen het mes ten slotte voor de laagste prijs. Hierna gaan we op internet een hotel zoeken in Singapore, onze volgende bestemming. Het lukt met http://singapore.pagina.nl. we vinden plaats in het YMCA. ´s Avonds eten we bij O Hungry. We moeten even slikken, het is opeens wel erg stilletjes om samen te eten. Maar morgen vertrekken we weer naar een nieuwe bestemming op onze reis.
|